Martine Bijl - Natuurlijk hou ik van je lyrics
rate me<b>Natuurlijk hou ik van je</b> by <i>Martine Bijl</i><br />Schat? Ik ben thuis... oh dag. - Ja, laat. Ik kon niet eerder weg. - Ach,
besprekingen. Gezeik. Ik kon niet weg. - Nee, die ken jij niet. Zeg, is die
kleine meid al naar bed? - O. - Ja, dat had ik dat kind dus niet moeten
beloven, want dat kan ik niet waarmaken. Ik ben niet voor m'n lol zo laat,
ik heb een zaak
Heb jij d'r niet voorgelezen? - Jawel. Jij leest veel beter voor dan ik. -
Nou, ik ga straks wel even kijken. Wat eten we? - Gamba's? O God, heb je
geen boterham? - Jawel, maar ik heb vanmiddag net gamba's gegeten, ik kan
geen gamba's meer zien. - Ja, dat is ook lief van je, maar ik had een
zakenlunch, schat, dat is ook werk, dat doe ik ook niet voor m'n lol. - Eh,
doe ze maar in de vriezer
Nee, ik kon niet bellen. Ik kan niet altijd bellen, ik ben geen ambtenaar,
ik heb een zaak, ik moet een beetje mijn gang kunnen gaan. Jij kan toch ook
je gang gaan? Heeft de garage nog gebeld? - Wat zeiden ze? - Zo. - Daar
hoeft toch geen nieuwe deur in, dat kan toch gewoon uitgedeukt? Waar heb je
dat ding voor nodig, voor je moeder en voor je boodschappen, d'r hoeft toch
geen nieuwe deur in dat koekblik? - Dat is wat anders, schat, ik heb een
zaak, ik moet een beetje voor de dag komen. Bovendien kan 'k 'm aftrekken
Nee. Ik laat jou niet in de Mercedes, dat kost mij m'n no-claim. - Schat,
'k pik geen paaltjes. - Nou, bestel die deur nou maar, dan zijn we d'r
vanaf
Wat is er toch met die krant? Heb jij die krant uit mekaar gesloopt? - Dat
vind ik wel vervelend, ik lees die krant graag zoals-ie binnenkomt. Lees 'm
dan na mij. Ik sloop de Libelle toch ook niet uit mekaar. - Ik heb geen
rotbui, ik ben gewoon moe. - Oh, jij bent ook moe. Nou, dan maak ik mijn
eigen bed wel op in het vervolg, oke? - Ja, schat, je kunt die dingen toch
niet vergelijken. Ik heb een zaak, ik heb de spanningen, ik krijg straks
het hartinfarct. Jij hebt een wasmachine, een eigen auto en een magnetron.
- O, je wou het anders verdomd graag hebben allemaal. Dit huis, kan je
zeker ook buiten? De tuin... Je komt toch niet weer met die zolderkamer he,
waar we het zo verschrikkelijk leuk hadden, toen we pas getrouwd waren. -
Ja, mooie tijd... Mooie tijd... Nee, dat zeg ik niet. Anders. Dat is... dat
heb je als je jong bent. Jezus, jij bent ook veranderd. - Nou, ik zie ons
in elk geval nou niet meer op een zolderkamertje zitten he, met dat kleine
kind
Wat zeur je nou? dat kind heeft een fantastische jeugd! Dat kind zit op
tennis, dat kind heeft een stereotoren, dat kind mag pony rijden
Morgen lees ik d'r voor, morgen ben ik op tijd thuis. - Ja, dat weet ik
zeker, ja. - Omdat Jacobse morgen hier komt eten. - Nee, nou. Dan zeg ik
het nou. - Dan zet je je moeder op een andere dag, dat is toch niet zo'n
punt? - Neeneenee, Jacobse is een afspraak, met je moeder kan je schuiven.
- Ja, spreek dan ook niet in het wilde weg dingen af zonder dat even met
mij te overleggen! - Dat is niet hetzelfde, je moeder is je moeder, ik heb
een zaak. - En een gezin, ja. Waar denk je dat ik zo hard voor werk? Voor
de kat z'n staart
Ik hou wel van je. Natuurlijk hou ik van je, ik woon hier toch? Ben ik weg,
zit ik bij een ander wijf? God bewaar me, ik kom doodmoe thuis, het enige
wat jij doet is de stemming verpesten
Wat doe jij uit je bedje? 't Is half negen! Vooruit, ga jij es naar boven.
- Ja, dat had papa beloofd, maar papa moet centjes verdienen. Morgen lees
ik je voor, goed? Krijg ik een kusje
Geef mama d'r ook maar een. - Ja, mama huilt
Ik weet niet waarom, schat. Ze zal zich ergens aan bezeerd hebben