Jean-louis Pisuisse - poezie en proza in de thee lyrics
rate me<b>poezie en proza in de thee</b> by <i>Jean-louis Pisuisse</i><br />"Langs de Papadaanhelling vlieden langzaam regenwolken, grauwe donkere
regenwolken, strelende de groene bergwand, 'lijk bij 't blije minnekozen
tedere gelieven vlijen hoofd aan hoofd en wang aan wang. Sarina staat thee
te plukken. Helder kleurt haar rank figuurtje tussen de teer groene
struikjes, buigend, rekkend weder, guitig 't helle blauw van 't baadje,
tegen 't bruin van 't bloter borstje, dat maar even, schuchter even,
welving van heur maagdeboezem toont in 't soepel dun katoentje. Nijver
plukt ze blad bij blaadje van de tankalan, de volle kopstruik, die bij 't
vingerstrelen heim'lijk lijkt te weelderillen. Ziet, de kleine handjes
buigen gracelijk de twijgjes weg, die spelend vast hun blaadjes houden, zo
dat bij het feller rukken munten aan Sarina's geulang rink'len om haar
slanke polsjes. En, als ze het schuchter tink'len hoort van het vergulde
koper, heft ze plots'ling hoger 't lichaam uit de regelmaat'ge rijen van de
boompjes, schut ze d'ogen met heur donkerrode slendang, tuurt en tuurt ze,
naar waar ginder, Doeroek Assi, poot'ge Soenda, patjal heft en patjal
neerslaat bij 't bewerken van zijn sawah... Doeroek Assi, die de geulang,
de zwaar koper gouden armring voor haar kocht op Slamattan... Ziet, de zon
schijnt op 't ijzer van z'n patjol, dat 't 'n bijl lijkt, toverbijl van
enkel zilver! Hoei! Hoe ranselt hij de sawah! 't Water spettert tot z'n
schouders, doet zijn borst en lenden glimmen... Mooi en sterk is Doeroek
Assi! Mooi en sterk en in zijn armen moet het zalig zijn, te rusten...
Sarina glimlacht en zucht. En ze buigt zich weer tot plukken, ijveriger dan
zo even... Want met elke handvol theeblad, die ze neerwerpt in haar mandje,
vordert zij aan haar Geluk: komt de Blijde Dag haar nader... Sarina plukt
voor haar bruidschat
En die thee die drinkt m'n Tante, die niet wagen zou
Holland te laten varen voor den Oost
Ja, die thee is voor m'n Tante
In haar zure lamoyante ouwevrijsterslevenstroost
Als m'n Tante uit haar maagd'lijk
Ledikant is opgestaan
Trekt zij eerst haar negligeetje
Over haar geraamte aan
Met haar facie ongewassen
Elke krul 'n papillot
Gaat ze dan met Duncan-passen
Linea recta naar de pot
Naar de theepot, welbegrepen
Waar van gisteravond laat
Nog 'n restje vierde treksel
Op Verkades nachtlicht staat
En m'n Tante slurpt 'n koppie
En dat doet m'n Tante goed
Beter dan 't z'n eerste proppie
'n Gewoontedrinker doet
Dan gaat Tante zich verkleden
Nel, de poes, loopt met haar mee
Dan gaat Tante naar beneden
En daar drinkt m'n Tante thee
Bij haar boot'ram met 'n sneetje
Zoete koek er bovenop
Drinkt m'n Tante dan haar theetje
Derde, vierde en vijfde kop
Later, bij het koppieswassen
Schenkt m'n Tante nog eens bij
"Al die thee maar weg te gooien
Is verkwisterij", zeit zij
Als de thee is afgeschonken
En geen kleur of geur meer het
Dan gebruikt ze nog de blaren
Voor 't borst'len van 't karpet
Even moet de thee van tafel
Want de koffie komt eran
Grootpapa komt uit z'n kamer
Die geen thee verdragen kan
Maar des middags, zo na drieen
Gaten stoppend in Opa's sok
Drinkt ze thee - poes op d'r knieen
En dat noemt ze 'r 'fijveklok'
En des avonds, na het eten
Nauw'lijks is de tafel 'schoon'
Is mijn Tante neergezeten
Achter 't theeblad op haar troon
En dan komen de vriendinnen
Lieve Truus en lieve Kee
Een voor een de kamer binnen
Drinken met m'n Tante thee
En de thee, die met haar geuren
't Ouwevrijstershart verrukt
't Is de thee, die door Sarina
Voor haar bruidschat werd geplukt