Fons Jansen - Tot ziens in de hemel lyrics
rate me<b>Tot ziens in de hemel</b> by <i>Fons Jansen</i><br />Tot ziens in de hemel, meneer, mevrouw
Wacht u soms nog even of komt u soms al gauw
Denk niet dat u bij ons 'n hoop moet laten schieten
Dat was er slechts om u te leren genieten
Want als u dat niet kunt, kan ik u niet beloven
Dat u zich niet verveelt, hierboven
En bent u soms bedroefd
Bedenk dan wat er later allemaal niet meer hoeft
Nooit gejacht meer, geen geslacht meer
Nooit problemen over seksualiteit
Geen p.o. meer, geen o.p. meer
Nooit meer ruzie over progressiviteit
Geen belasting, geen ontlasting
Nooit meer luiers en dat eeuwige gezeur
Geen familie, geen concilie
En goddank ook geen jehova's aan de deur
Tot ziens in de hemel, lief meisje, jongeman
Misschien valt het je tegen, geniet er dus nog van
Wie boven bromt of twist, nadat hij is verrezen
Die wordt door mij naar het vagevuur verwezen
Maar wie graag minnekoost, die kan ik wel beloven
Een wolk voor hen alleen, hierboven
En ben je soms bedroefd
Bedenk dan wat er later allemaal niet meer hoeft
Nooit meer katers, nooit meer flaters
Nooit meer biechten: ik heb nou zo'n pret gehad
Nooit meer kuisheid, nooit meer huisvlijt
Nooit meer leren wat je later toch vergat
Nooit meer kruisjes, nooit meer puistjes
Nooit meer horen dat je kerstrapport niet deugt
Nooit meer bijbel, nooit meer heibel
Met de pater, die begrip heeft voor de jeugd
Het waren twee koningskinderen
Zij minden malkander zozeer
Zij konden bijeen niet komen
Of die persfotograaf was er weer
Zij woonden in schone paleizen
Maar minnen, dat konden zij niet
Want waar zij zich samen vertoonden
Daar had je Libelle en Margriet
Een koningskind bad tot de hemel
"Vergun mij een kleine kritiek
Waarom is ook de hemel 'n koninkrijk?
Waarom nou eens geen republiek"
Tot ziens in de hemel, ook jij vrijgezel
En of je dat zult blijven, dat zien we dan nog wel
God weet hoe jij 't redt wanneer je andere mensen
Ziet hebben wat jij mist, ziet hebben wat zij wensen
Maar kom je ook te kort, ik kan je wel beloven
Jij houdt het nog te goed hierboven
En ben je soms bedroefd
Bedenk dan wat er later allemaal niet meer hoeft
Nooit meer koken, nooit meer stoken
Nooit meer stil omdat je hospita dat wil
Nooit meer kerken, nooit meer werken
Aan dat altijd maar versterken van je wil
Geen gegrijns meer, geen geveins meer
Als men vraagt: "Waarom ben jij toch niet getrouwd"
Geen moraal meer, geen schandaal meer
Als je hier onverwacht je Pasen eens niet houdt
Tot ziens in de hemel, pastoor, kapelaan
U mag bij ons brevieren, u mag 't ook laten staan
Denk niet dat u bij ons nog last heeft van de leken
Of dat u achteraf kritiek krijgt op uw preken
U hoeft zich voor 't geloof dan niet meer uit te sloven
Want heus, men gelooft het wel, hierboven
En bent u soms bedroefd
Bedenk dan wat er later allemaal niet meer hoeft
Nooit geen mis meer, nooit geen vis meer
Op geboden vasten en onthoudingsdag
Nooit die boord meer en geen woord meer
Over wat er wel en wat er nog niet mag
Nooit meer rouwen, nooit meer trouwen
Nooit meer klachtenboek op huisbezoek meer zijn
En geen hartkwaal om de volkstaal
Want ook die is dan aan het eind van zijn Latijn
Wij lachen erom, wij lachen erom
Wij lachen ons gelukkig
Lang zullen wij leven
Lang zullen wij leven
In de gloria