De Wilde Jan - Apocalyps lyrics
rate meToen ik op de dag des Heren in m’n tuin van Lede zat <br />
en bij ‘t zingen van de regenvogel mijn gebeden bad <br />
was daar plots een transcendente stem van 100 watts of meer: <br />
het was onmiskenbaar de geluidsversterking van de Heer. <br />
Ha zo, ha zo, zo sprak die stem, wie zit daar in zijn hof <br />
wie plukt daar al de bloempjes af en maakt het veel te grof ? <br />
M’n hart zat in m’n sokken, bijna was ik gevlucht, <br />
maar dan merkte ik de hemelse verschijning in de lucht, <br />
ik zonk ter aarde neder maar de stem sprak weer: vrees niet <br />
schrijf op wat nu geschieden zal en maak daarvan een lied, <br />
het is Mijn wil dat jij dit zingt voor zevenhonderdmaal, <br />
zevenhonderd zalen, als het kan, normaal betaald ! <br />
<br />
De wolken scheuren open, de lucht is rood als bloed <br />
en ik zie in geestverrukking zeven monsters uit de gloed <br />
van gloeiende as te voorschijn kruipen, grommend van genot, <br />
maar de engel houdt ze nog in toom met riemen rond hun strot, <br />
opzij, opzij, zo roept de engel, ‘k laat de beestjes los <br />
wie op hun weg komt, Antichrist, die is finaal de klos ! <br />
<br />
De monsters stormen brullend weg, gepantserd en vuurvast <br />
ze verduisteren het zonlicht met hun wolken uitlaatgas, <br />
en maken van de zee ‘n poel met pek en D.D.T., <br />
en midden van die chaos zie ‘k de blauwe engel staan, <br />
hij glimlacht heel ironisch en hij reikt ze alles aan. <br />
<br />
Het monster met de vurige tong en met de witte boord <br />
schudt met z’n schubben en ontsluit de seminariepoort <br />
daar komen in een wierookwolk tien sprinkhaanduivels uit <br />
ze dragen op hun koeiekop elk een injectiespuit <br />
de naald is als een gloeiend zwaard waaruit de vonken slaan <br />
ze fluiten liedjes van James Last als ze ten strijde gaan. <br />
<br />
En dan zie ik dat uit de zee een machtig beest verschijnt; <br />
-dat moet dan zonder twijfel de draak van Mao zijn- <br />
elk van zijn zeven koppen draagt een godlasterlijke naam, <br />
en voor elke kop zie ik ‘n massa in aanbidding staan <br />
maar ijlings als ‘n bliksemflits verschijnt een tweelingbeest, <br />
-alleen met groter tanden nog- en allen zijn geweest. <br />
<br />
De vurige hellewagen wordt getrokken door de Bok, <br />
de voerder zwaait triomfantelijk met het hoofd van Papadoc <br />
maar daar komt reeds de engel Basiel Goedertier aan, <br />
hij is de armen en de dwazen stil voorbijgegaan, <br />
zet ‘n domper op de vuren, verft de lucht weer blauw <br />
en bergt de monsters op in het rechtvaardigheidsgebouw. <br />
<br />
En ‘t was of ‘k helemaal leeg was, of vol, zoals je wil <br />
en alles was eenvoudig, en alles was weer stil, <br />
ik zag alleen ‘n lammetje dat in de boomgaard stond, <br />
het keek wat melancholisch, er kwam nevel uit de grond <br />
ik voelde plots, als in een droom, twee armen om me heen, <br />
deze engel nu heet Joke, dus ik kom er wel doorheen.